Dossiermoddergat.nl

gerardtonenblogt

2017, november

Donderdag 30 november, Meppel

Toeval bestaat. Sterker: vrijwel alles is toeval. De wereld is zo’n chaos, alle dingen lopen over en door elkaar heen. De wereld is niet te bevatten zo gecompliceerd. Als er ooit een paar dingen samenkomen waarvan we denken dat ze met elkaar te maken hebben zijn we verbaasd en noemen we dat toeval. Ik schrijf dit omdat ik bijna wilde schrijven dat toeval niet bestaat. Vorige week liep ik op de Prins Hendrikkade en zag ik de plaquette op de foto hierboven. Ter herinnering aan Chet Baker. Chet Baker, een van de mooiste jazzmuzikanten, een man die geen grenzen kende, mateloos was. Onder de invloed van drugs viel of sprong hij uit het raam van Hotel Prins Hendrik, met verbrijzeld hoofd werd hij op het trottoir gevonden. Nog geen week later zit ik bij een voorstelling met de titel ‘The Chet Baker Room’. Zo goed als Chet Baker was, zo slecht is de voorstelling die verder weinig met Chet Baker te maken heeft. De zanger vertelde op primitieve wijze iets over Chet Baker om vervolgens zijn eigen liedjes te zingen die niets met Chet Baker te maken hebben. Ik had geen idee waar ik naar keek. De voorstelling was het best te vergelijken met mislukte hutspot. Je mengt wat dingen door elkaar die niets met elkaar te maken hebben. Wat aardappelen, geprakt met piccalilly, champignons, bieten, varkenspootjes en druiven. Een puinhoop dus.

Ooit reden Wyb en ik over de Périphérique in Parijs. Lang, heel lang hadden we geen muziek gehoord. Als een van de eerste dingen hoorden we op de Périphérique Chet Baker ‘Funny Valentine’ spelen. Zijn omfloerste stem sneed in onze ziel.

Woensdag 29 november, Nijmegen

Ik schreef gisteren geen aardige woorden over Museum Het Valkhof in Nijmegen. Of eigenlijk waren die onaardige meer bedoeld voor het Nijmeegse gemeentebestuur dat een museum zo schandelijk verwaarloost. Over het museum zelf toch wat aardige woorden. Ik werkte vandaag aan de foto’s die ik gisteren nam en het viel me op hoe prachtig je vanuit het museum de omgeving ziet. De omgeving is misschien de werkelijke collectie van dit museum. Uit een van de ramen nam ik de foto van de Waalbrug waar we met ons gezin vaak zingend onderdoor reden. Altijd was ik weer blij de Waalbrug te zien. Het museum ligt op een van de heuvels waar Nijmegen op is gebouwd en het kijkt uit over de Waal en de Betuwe. Het gebouw ligt tegen het Kelfkesbos aan, een mooi park met als uitroepteken de Belvedère. De bomen van het Kelfkesbos spelen een geraffineerd spel met de ramen en het interieur van het museum.  Toch een mooie collectie voor een museum dat een collectie ontbeert.

Dinsdag 28 november, Nijmegen

Ik rij naar Nijmegen voor een belangrijke afspraak. De bovenste foto is gemaakt op de weg van Arnhem naar Nijmegen. Het is een weg die ik duizenden keren heb gereden. Het meest link ik de weg aan mijn vader. Van de Waalbrug naar de Rijnbrug was volgens mijn vader 16 kilometer. In zijn wilde jaren, toen hij nog motor reed, vertelde hij dat hij in zes minuten van brug tot brug reed. Dat betekent dat hij met 160 kilometer per uur over deze weg reed. Nu mag je over deze weg vanaf Nijmegen eerst 70 kilometer rijden, daarna 50, vervolgens 80 en dan 120 om in Arnhem weer 100 en 70 kilometer te rijden. De weg ligt nu tussen woonwijken, Nijmegen en Arnhem groeien steeds meer naar elkaar toe. Mijn vader zou verbijsterd zijn. Die 160 kilometer zou hij zonder rijbewijsontzegging nooit meer halen. The times they’re changing.

Voordat ik naar mijn afspraak ging eerst nog langs Museum Valkhof. Ik was er lang niet meer geweest. Ik schrok. Het is volgens mij het meest verwaarloosde museum van Nederland. Ooit was het een veelbelovend gebouw, een museum met grote ambities. Nu ruik je aan alle kanten de verwaarlozing. Een expositie van Robert Terwindt die er al jaren hangt. Een expositie van sieraden van Galerie Marzee, sieraden die ik twintig jaar geleden al in Galerie Marzee heb zien liggen. Een tentoonstelling over Sinterklaas, goedkoop en oninteressant gemaakt. En verder zie ik de resten van mijn geliefde museum Kam, de verzameling Romeinse vondsten in Nijmegen, ooit gevestigd in de Museum Kamstraat. Het toen nog zelfstandige Museum Kam zorgde ervoor dat ik geschiedenis ging studeren. Hoe kan het toch dat de linkse partijen die Nijmegen besturen niet van cultuur houden, er geen geld voor hebben. Arm museum, dat tegen de klippen op zijn best doet. Het museum is de sloppenwijk onder de musea.

Maandag 27 november, Amsterdam

Altijd weer een genot om door het Rijksmuseum te lopen. Daar kun je mensen zien die speciaal uit Chicago komen om de Haagse School te zien. Als ze er dan eindelijk zijn, blijkt hun smartphone toch interessanter. De meneer die zijn fototoestel instelt, gaat uitgebreid voor zichzelf poseren. Achter hem een selfie van Rembrandt die met verbijstering deze nieuwe vorm van selfies maken zal aanzien. Niet dat hij er iets van laat merken. Stoïcijns laat hij zich door drommen mensen bewonderen.

Zondag 26 november, Ameland

Malu en Joris. Het is een genot om kleinkinderen te hebben.

Zaterdag 25 november, Lhee

Lievelingsplekje van Gijs. Hij kan hier uren naar buiten zitten te kijken terwijl er toch helemaal niets in de tuin is te zien. Dit moet er toch op duiden dat een kat kan mijmeren. Wat mij weer nieuwsgierig maakt waar een kat dan over mijmert. Ik sta ook vaak voor die tuindeuren naar de tuin te staren, vaak als ik iets inspannend heb gedaan, maar dat duurt toch nooit langer dan een paar minuten. Gijs heeft van staren, of mijmeren?, bijna een dagtaak gemaakt, afgewisseld met slapen, veel slapen. Katten zijn nog betere slapers dan mijmeraars, zowel in kwantiteit als kwaliteit. Niemand die zo intens kan slapen als Gijs.

Vrijdag 24 november, Lhee

Zie hier een nieuwe uitvinding van me. Welbekend zijn de verkeersdrempels, maar dat zijn dure en irritante dingen. Ik heb een alternatief bedacht, de verkeerskuil. Gewoon een kuil in de weg maken, vol met water laten lopen en het is opmerkelijk hoe voorzichtig automobilisten worden. De werking is tweeledig. Op de eerste plaats weten mensen niet hoe diep de kuil is, kan best een stevig gat zijn. Op de tweede plaats zijn ze bang dat hun auto vies wordt.

Op het einde van het weggetje naast ons huis ligt de Bospub. Daar kan het best druk zijn en menig chauffeur vindt het leuk om over zo’n weggetje te racen. Sinds de verkeerskuil er ligt, is dat allemaal voorbij. Ik heb er inmiddels patent op aangevraagd en Europese subsidie. Als de verkeerskuil net zo populair wordt als de rotonde, ben ik binnenkort een rijk man.

Donderdag 23 november, Amsterdam

On the banks of ’t IJ. Sinds vorig jaar wandel ik regelmatig langs de oevers van ’t IJ en maak ik foto’s. Ik vind het een mooi landschap rond ’t IJ. Het water en de stad komen samen. Veel activiteit, en daar boven de luchten. Heel stiekem, niet verder vertellen, hoop ik eens een fotoboek te maken met de titel ‘On the banks of ’t IJ’.

Woensdag 22 november, Groningen

Eindelijk naar de Internationale Fotomanifestatie Noorderlicht in Groningen geweest. Ik was er met Wyb op de eerste dag, maar veel te vroeg. De opening vond een paar uur later plaats, wisten wij veel. Ik zelf ben vandaag alleen in de A-Kerk geweest. De tentoonstelling was veel mooier dan ik had gedacht. Een aanrader, de tentoonstelling is te zien tot en met 26 november. Gaan, zou ik zeggen. De twee bovenste foto’s hebben niets met de tentoonstelling te maken. Ik kwam toevallig een muur tegen met deze tekens erop. Toch fascinerend dat mensen de moeite nemen om dit soort boodschappen op een muur te zetten. Ik zie er de schoonheid wel van in.

Dinsdag 21 november, Amsterdam

Laat ik bekennen dat ik nog nooit in het Rembrandthuis was geweest. Tot enkele jaren geleden had ik eigenlijk niet zoveel met Rembrandt. Ik vond hem te kunsthistorisch, zeg maar. Pas in St. Petersburg, in de Hermitage, heb ik zijn kracht gezien. Zijn revolutionaire kracht. Na die lange Middelleeuwen, waar kunst gedicteerd werd door het christelijk juk, was er eindelijk iemand die oog had voor het individu. Die het lef had zijn kunstenaarschap te laten zien.

Het sympathieke van Rembrandt is ook dat het een enfant terrible was. Hij had het lef volstrekt onconventioneel te werken, tegen die keurige standenmaatschappij in te gaan. Al had dat voor hem persoonlijk een desastreuze uitwerking. Rembrandt was een nukkige, recalcitrante man, een dissonant in de standenmaatschappij van de Gouden Eeuw. Ik broed op een idee rond Rembrandt.

In het Rembrandthuis was een tentoonstelling van twee belangrijke leerlingen van Rembrandt: Ferdinand Bol en Govert Flinck. In die tijd overschaduwde de leerlingen op een gegeven moment de meester. Maar de geschiedenis heeft alles recht getrokken. De leerlingen kunnen niet tippen aan de meester.

In het voormalige atelier van Rembrandt -wat fantastisch dat we zomaar door zijn huis kunnen lopen- zat een man de oude verven te produceren. Ik had het geduld niet om te luisteren. Maar voor de liefhebber was het echt interessant, merkte ik. Wat mij het meest frappeerde was dat de man in het licht van Rembrandt werkte. Zie de claire-obscure van de onderste foto, het gouden licht, het licht van Rembrandt. Het licht hangt dus gewoon in dat huis.

Maandag 20 november, Lhee

Achter ons huis ligt een weiland. Eerst ga je door een stukje bos en dan kom je bij het weiland. Vaak staat er een ree te grazen. Dit is onze derde herfst in Lhee en elke herfst hangen er twee bossen bloemen aan het hek van het weiland. Zo te zien hangen ze daar nog niet lang, de bloemen zijn mooi vers. Niemand in de buurt weet wie de bloemen daar plaatst. Zelf denk ik dat ooit de as van iemand in het weiland is uitgestrooid en dat de bloemen er hangen ter nagedachtenis. Het is mooi dat iedereen de bloemen respecteert. Als het net zo gaat als in de andere twee herfsten zullen de bloemen daar nog weken hangen. Langzaam zien we ze verdorren, totdat de wind ze, slap geworden, uit het hek blaast.

Zondag 19 november, Lhee

Herfstiger kunnen we het niet maken.

Bomen knuffelen is zo dankbaar werk. Met de vrijwillige BoomKnuffelBrigade zijn we vandaag weer het bos ingegaan. De dankbaarheid die je ondervindt is zo hartverwarmend. Ik roep iedereen op vrijwilliger bij onze Brigade te worden. Je hoeft slechts een, twee keer per maand het bos in. Je doet er zoveel goed mee. Denk ook eens aan een boom. En je krijgt er zoveel voor terug. Na afloop allemaal gezellig warme chocomel drinken.

Zaterdag 18 november, Moddergat

Het is soms hannesen in het leven. In het weiland achter ons huis lopen zo’n dertig koeien. Ze trekken zich weinig aan van omheiningen, hebben we gemerkt. Op een dag liepen er een stuk of vier koeien in onze tuin, zonder enig respect voor ons houten hekje drongen ze onze tuin binnen. Tijd om het roer om te gooien. We gingen naar een oude kennis van Wyb met een tuinbedrijf. Hij wist de oplossing. Voor een hek met zo’n betonraster met een mooie meidoorn heg zouden ze wel respect hebben. Hoe hoog we het raster wilden hebben. Wij gaven een maat op waarbij zeker was dat er geen koeien overheen kwamen. De kennis legde het het geheel strak aan en wij verheugden ons op de meidoorn heg.

Helaas. Zoals te zien bleek de meidoorn in de herfst voortdurend in water te staan. Als meidoorn ergens niet tegen kan. Dat niet alleen. De hoogte die wij opgaven, was ook niet gelukkig gekozen. Als we in onze woonkamer zitten, is er niks meer over van dat mooie uitzicht. Binnenkort dus een reorganisatie van onze omheining. Niets gaat vanzelf. Gehannes dus.

Vrijdag 17 november, Lhee/Kollum

Ochtend in Lhee. Avond in Kollum.

Donderdag 16 november, Meppel

Ik loop mee met een educatieve rondleiding voor basisschoolleerlingen door Ogterop. Linda, de educatief medewerkster, laat de leerlingen alle hoeken van het theater zien. Als de leerlingen zelf op het toneel staan, gaan ze helemaal los. Artiesten in spe, grote talenten.

Woensdag 15 november, Hilversum

Voor het eerst in het gebouw van Beeld & Geluid in Hilversum. De cabaretiers Patrick Nederkoorn en Jan Beuving treffen elkaar hier elke week om te werken aan hun programma ‘Leuker kunnen we het niet maken’, een voorstelling over de belastingen. Jan: ‘Er zijn maar twee dingen zeker in het leven: 1, dat je dood gaat; 2, dat je je hele leven belasting betaalt. Over punt 1 zijn eindeloos veel voorstellingen gemaakt, over punt 2 geen enkele.’ Ik interview Jan en Patrick over hun ontwikkeling als cabaretier en de voorstelling. Dit op verzoek van mijn lieve vrouw die in januari een magazine wil uitbrengen over de tweede helft van het seizoen. In maart staan Jan en Patrick in Ogterop.

De bovenste foto is gemaakt van de gevel van Beeld & Geluid. Het is een prachtig gebouw. Op de tweede foto zijn Jan en Patrick aan het werk voor hun nieuwe voorstelling. Na het maken van de foto komt een bewaker van Beeld & Geluid vragen waarom ik foto’s aan het maken zijn. ‘We zijn een overheidsinstelling dus niet iedereen kan hier zomaar foto’s maken.’ Vreemde redenatie. Ik ben de overheid, meneer. Maar ik ga niet in discussie. Ik vertel hem keurig dat ik foto’s maak voor een interview. Dat vindt hij prima. Als ik maar geen foto’s maak van het gebouw, want dan moet het langs de communicatieafdeling. Misschien de Russen, maar zeker voorlichters en communicatieafdelingen zijn de verspreiders van nepnieuws. Voorlichting is het harnas van organisaties om het werkelijke zicht op een organisatie te benemen. Vandaar dat er zo ongelooflijk veel voorlichters zijn.

Dinsdag 14 november, Amsterdam

Vanaf vandaag staat de Nederlandse vlag in ons parlement. Alle partijen, behalve de Partij voor de Dieren, waren daarvoor. Het is een ietwat zielige vlag, geen trotse vlag. Hij hangt aan een soort vergrootte lucifer. In totaal kostte de vlag €100 laat de Kamervoorzitter weten. Voor zo’n bedrag heb je natuurlijk ook niet veel. Ik vind het een miezerig gezicht. Om diverse redenen.

Het vlagvertoon heeft geen enkele allure en dat vind ik een goede zaak. Waarom zijn zoveel partijen opeens zo enthousiast over een vlag? We benadrukken daarmee onze identiteit, schijnt. Blijkbaar heeft men daar behoefte aan. Ik was er juist trots op dat we, in tegenstelling tot andere landen, geen vlag in het parlement hadden. Wij, zo dacht ik, zijn zo eigenzinnig dat we geen vlag nodig hebben. Ik ben best blij dat ik in Nederland woon, maar daar heb ik verdomme toch geen vlag voor nodig. Het feit dat ik blij ben dat ik hier woon, heeft te maken met het feit dat ik een vrijdenker kan zijn. Verder niets. Grenzen interesseren me niet, elke symbool dat met nationaliteit heeft te maken, vind ik getuigen van gemankeerd denken. Symbolen zijn uiterlijk vertoon. Een vlag leidt altijd tot wij-zij denken, leidt altijd tot anderen uitsluiten, tot misplaatst superieur denken. Een vlag is een versimpeling, een verdomming van de werkelijkheid.

Zo kijk ik ook met medelijden met mensen die blij zijn als ze een lintje krijgen. ‘Het heeft zijne majesteit de koning behaagd…’ Wat een onzin. De koning kent die mensen niet eens. Ze krijgen een lintje omdat een aantal mensen zo vriendelijk was om een brief te schrijven. Waarom heb je een lintje nodig om jezelf te waarderen? Zielig. Je waardigheid, je trots, moet in jezelf zitten. Symbolen zijn padvinderij, kunstmatige hiërarchie. ‘Het heeft zijne majesteit de koning behaagd om u te bevorderen tot ridder in de orde van van oranje-nasssau.’ Het is toch een sneu spelletje, een echo uit de middelleeuwen, loos gebral.

‘Voor vlag, koning en vaderland.’ Ik dacht het dus niet. De vlag is een lap stop, de koning een relict uit een feodale maatschappij, de wereld is mijn vaderland. De grote waarde van Nederland zit in het feit dat ik dit kan opschrijven. Svp geen vlaggenvertoon.

Maandag 13 november, Amsterdam

Engagement, waar kom je het nog tegen? In Amsterdam. Verder is Nederland buitengewoon tevreden met zichzelf. Er zijn weinig dingen die ons beroeren. Multinationals die tijdens de formatie een deal maken over een onderwerp dat in geen enkel verkiezingsprogramma voorkwam en waar we dus ook niet over hebben gestemd. Het afschaffen dus van de dividendbelasting, cadeautje van 1,4 miljard voor aandeelhouders, 1,4 miljard foetsie weg. Niemand die zich er echt drukt over maakt. Wat commotie in de media, verder niets. De vermogenden die voortdurend geld weg loodsen uit Nederland. We vinden het wel goed, lijkt het. Sterker, voor grote bedrijven is Nederland zelf een belastingparadijs geworden. En wie financiert dit? De salarisslaven. Maar ver weg, in de uithoeken van de grachtengordel, leeft nog ergens het engagement, zag ik terwijl ik door Amsterdam wandelde. A papermonument For the Paperless. Zo’n monument verdient meteen een plaats in Dossiermoddergat.

Goed nieuws, zegt een poster: Julian Assange komt naar Nederland. Eindelijk is die flauwekul in Londen afgelopen en is hij weer een vrij man. Ik trapte er bijna in. Met Trump aan de macht is dat een illusie, ik had het moeten weten. Een seconde later las ik onder deze hoopvolle boodschap dat hij in de vorm van een documentaire op het IDFA festival komt.

Zondag 12 november, Lhee

De zondagavond is heilig voor ons. Als iemand zich ooit afvraagt waar De Blogger en De Censor op zondagavond zijn, dan is dat met 98% zekerheid thuis. Van de 52 zondagen zijn we er 51 niet weg. Bijzonder, want op de andere dagen weet je nooit waar we zitten. Dat kan in alle theaters in Nederland zijn. De zondag fungeert als een klein beetje tegengif tegen zoveel onrust. Dan is het tijd om uitgebreid te koken, te drinken en op de bank te zitten. Zo kookte Wyb vandaag een heerlijke Indiase kipcurry volgens origineel recept.

Waarom zijn jullie dan niet lekker 52 zondagen thuis, vraagt degenen zich af die het goed met ons voorhebben.  Dat komt omdat het Theaterfestival elk jaar weer besluit om het Toneelgala op de zondagavond te houden. Gelukkig is Wyb nu uit de toneeljury dus wie weet kunnen we nu wel 52 zondagavonden thuis zijn. Al glipt er, moet ik eerlijk in zijn, best wel een keer per jaar een andere afspraak op de zondagavond tussendoor, ‘omdat het niet anders kan’. Knarsetandend ga ik dan naar ‘omdat het niet anders kan’. Dat eten op de zondagavond thuis kan zo vurrukkelijk zijn.

Zaterdag 11 november, Zeewolde

Judith 18 jaar. Kinderen zijn de meetlatten van de tijd. Zo zijn het baby’s, zo zijn het jonge vrouwen. Heb je kinderen van rond de 30 en nichtjes die 18 worden. Al 18 jaar heeft Wyb een speciaal cadeau voor haar in het hoofd: als ze 18 wordt laten we haar New York zien. Vandaag kon het cadeau eindelijk worden overhandigd in de vorm van het boekje 100% New York. Ook een beetje een cadeau voor onszelf, vind ik. Nou ja, beetje.

Vrijdag 10 november, Meppel

Wat gebeurt er op een dag in een theater? ’s Ochtends komt de vrachtauto aan van het bezoekend gezelschap, ’s nachts gaat hij weer weg. Daar tussendoor komt het publiek binnen, treden er mensen op, klinkt er applaus. Hoe kan het dat daar overdag een artiest staat, wat is daar voor nodig?, en dat er de volgende dag weer een andere artiest staat? Ik liep een dagje mee om het vast te leggen. Hier de jongens van de techniek. Van boven naar beneden: Berend, Harrold en Bas. Een selectie van de foto’s die ik nam komt in het magazine dat Ogterop in januari uitbrengt.

Ik ben inmiddels zo’n beetje het slaafje van de directeur. Wil ze een toneelstuk geschreven hebben, schrijf ik een toneelstuk. Een reportage over een dag theater? Krijgt ze een reportage over een dag theater. Ik vrees dat ik inmiddels de grootste sponsor van Ogterop ben. Al zegt de directeur dat ik er heel wat voor terug krijg. ‘Wat dan?’ vroeg ik. Toen noemde ze liefde en vrijkaartjes. Alsof ik dat anders niet had gekregen. Maar ja, je moet wel, anders zou ik mijn vrouw nooit zien.

Donderdag 9 november, Nijmegen

Op de bovenste foto staat de stadsschouwburg van Nijmegen. Op de onderste foto De Vereeniging, een concertgebouw dat ook in Nijmegen staat. Beide gebouwen staan aan het Keizer Karelplein, een van de meest anarchistische verkeerspleinen van Nederland. Op dat plein zijn geen rijstroken, alleen wie er af wil ontmoet een verkeerslicht. Iedereen zoekt er onzeker zijn weg. Het rare is dat er nauwelijks ongelukken gebeuren.

De bovenste foto, van de stadsschouwburg, heb ik genomen op de plek waar ik in 1963 stond toen de schouwburg werd geopend. Ik was er samen met mijn moeder en we waren er niet heen gegaan omdat we zo ontzettend blij waren dat er nu een theater in Nijmegen was. We waren er heen gegaan omdat koningin Juliana de schouwburg opende. In mijn herinnering stonden we met een grote massa te kijken of we de koningin konden zien. Uiteindelijk verscheen ze op het dak van een uitbouw. Aldus mijn herinnering. Ik ben zo benieuwd of die klopt.

Op de onderste foto dus De Vereeniging. Hier had ik mijn eerste theaterbeleving. Mijn vader was als postbode lid van de Postharmonie. Regelmatig trad de harmonie op in De Vereeniging. Bij een van de optredens ging ik voor de eerste keer mee. Mijn vader speelde piccolo en had een solo waar hij al maanden thuis op aan het oefenen was. Vaak ging het fout. Dus het was ontzettend spannend of het op het moment suprême goed zou gaan. En het ging goed. Na de solo was er een daverend applaus.

Ik heb een bijzondere verhouding met deze theaters. In De Vereeniging maakte ik mijn eerste concert mee, in de Stadsschouwburg zag ik mijn eerste toneelvoorstelling, De dood van een handelsreiziger van Toneelgroep Theater. Ik was tot tranen toe geroerd. Dat stuk ging over mensen die ik kende.

Aan het begin van dit millennium kon ik directeur van beide theaters worden. Omdat ik twijfelde over de haalbaarheid van de exploitatie, Nijmegen is nooit scheutig geweest als het gaat om subsidie, zei ik eerst een ondernemersplan te willen maken. Aan de hand daarvan zou ik beslissen. Aldus geschiede. Ik rekende uit dat er een tekort was van 1,5 miljoen. Ik liet aan de burgemeester en de wethouder weten dat ik wel directeur wilde worden, maar dan moest er 1,5 miljoen meer subsidie komen. Natuurlijk werd aan die eis niet voldaan. Iemand anders werd uiteindelijk benoemd. Na een jaar moest hij het veld ruimen omdat er een fiks tekort was, volgens mij van om en nabij 1,5 miljoen.

Eergisteren was ik in Nijmegen om met de huidige directeur en haar controller te praten. Vorige maand had ik een afspraak met leden van de Raad van Toezicht die vroegen of ik lid wilde worden van de Raad van Toezicht. Ik liet hun weten dat ik dat misschien best zou willen maar dat ik eerst met de directeur en de controller wilde spreken en dat ik dan zou beslissen. Die gesprekken bevielen mij prima en vandaag heb ik de voorzitter laten weten dat ik inderdaad tot de Raad van Toezicht wil toetreden. Als daartoe eind deze maand het formele besluit wordt genomen, ben ik toch weer even terug in Nijmegen.

Woensdag 8 november, Arnhem

Gisteren ben ik voor een afspraak met de trein naar Nijmegen gereisd, waarover later mogelijk meer. In Arnhem ben ik uitgestapt om wat foto’s te maken in het nieuwe station. Het is een van de meest fotogenieke gebouwen van Nederland. Wyb en ik hebben vijf jaar in Arnhem gewoond en al die vijf jaar was het stationsgebied een bouwput. De jaren daar omheen trouwens ook. Die bouwput lag door allerlei aannemersellende zelfs een paar jaar helemaal stil. Ik heb dat intensief meegemaakt omdat ik heel vaak op dat station heb gestaan. Of ik kwam Anne en Esmee halen, of ik bracht ze er naartoe. Het Arnhemse station is sinds enige tijd klaar en het is als gebouw spectaculair. Het zal een lieve duit hebben gekost. Mooi gebouw om in te fotograferen. Hier boven twee van de foto’s die ik er nam.

Dinsdag 7 november, Lhee

Lapcat verdrijft laptop.

Maandag 6 oktober, Lhee

#wetoo

Zondag 5 november, Amsterdam

Groot nadeel van zo’n beeldblog is dat ik over een groot aantal onderwerpen niet kan schrijven omdat ik er geen foto van heb. Sowieso denk ik met dat beeldblog niet in teksten. Wel een beetje jammer want daardoor blijft veel onbesproken. Misschien toch maar weer eens tekstblogs gaan schrijven.

Vorige week nam ik in Amsterdam deze foto. Een paar Italiaanse jongeren waren bij het Rijksmuseum met schaakstukken in de weer. Op een gegeven moment ging de vrouw voor haar vrienden zo met de dame en de heer staan. De vrouw hijst de dame op haar schouder als een overwinnaar, met haar voet staat ze op de vijandelijke koning, verslagen. Symbolisch voor de tijd waarin ik heb geleefd, vind ik. Of liever gezegd: dacht ik. Ik durf toch wel te stellen dat in de afgelopen zestig jaar de vrouwenemancipatie enorm is toegenomen. Er zijn meer vrouwen dan mannen die een universitaire opleiding volgen. In de theaterbubbel waar ik in zit, werken meer vrouwen dan mannen. Eerlijk gezegd is de vrouwenemancipatie niet iets waar ik veel over nadenk, komt omdat ik die niet meer dan logisch vind. Ik denk erover als een gerealiseerd feit.

Toch fout. Zo werd afgelopen weken duidelijk dat vrouwen structureel minder verdienen dan mannen, zelfs als ze in dezelfde functie zitten. Ik weet niet in welke bubbel dat gebeurt, in de theaterwereld in ieder geval niet. Een CAO zorgt voor gelijke beloning. Onmiddellijk de boel aanpakken waar dat niet gebeurt, lijkt me.

Dat ik te licht denk over emancipatie realiseerde ik me ook door de #metoo discussie. Door die discussie merk ik dat vrijwel elke vrouw negatieve ervaringen heeft met mannen. Een vrouw die midden in het leven staat, heeft wel eens te maken gehad met bilknijpende en aan tietenzittende mannen. Om over erger nog maar niet te spreken. Daarnaast is er nog een substantieel deel mannen dat aan andere mannen zit.

Geen idee hoe mannen er toe komen om aan andere mensen te zitten. Zelf heb ik nog nooit overwogen om ongewenst aan iemand anders te zitten. Als jongetje heb ik volop aan andere meisjes gezeten, maar volgens mij was dat een wederzijdse behoefte. Ik nam aan dat dit bij het normale verkennen hoorde.

Er zit wel een gevaarlijke kant aan dat #metooën. In de Volkskrant schreef een mevrouw dat eigenlijk per definitie het slachtoffer moet worden geloofd en dat dus per definitie de beschuldigde schuldig is. Daar gaat de rechtsstaat dacht ik toen ik het las. Ik ben tegen volksgerichten. Ik ben zo blij met de trias politica in Nederland. Ik vind dat mensen die met #metoo te maken hebben gehad er heel veel over moeten/mogen praten. Iedereen moet gaan beseffen dat je met je fikken van een ander moet blijven. Maar iemand veroordelen en door het slijk halen zonder proces, dat is wat anders.

Zaterdag 4 november, Lhee

Thuis gedraagt Gijs zich best als een beschaafde kat. Hij kan ingetogen liggen mijmeren en vooral diep slapen. Naar ons is hij voorkomend, als het hem belieft zelfs aanhankelijk. Soms, zomaar ineens, laat hij zijn ware karakter zien. Dan laat hij de killer in zichzelf zien. Als je Gijs buiten zet, is er van die beschaving niets meer over. Geen enkele vogel of muis is veilig voor hem. Met sadistisch genoegen doodt hij zijn slachtoffers. Gijs moet je echt niet in een hotel in Las Vegas zetten met een stel machinegeweren.

Vrijdag 3 november, Lhee

Gisteren schreef ik dat onze tuin geknipt en geschoren was. Vandaag ontwikkelde ik de foto’s van de kappers, twee hoveniers. Ik schrijf ontwikkelde en besef meteen dat dit een term uit de oude doos is. De tijd dat je een rolletje voorzichtig uit je camera moest halen en in een zwart plastic omhulsel ontwikkelde. Hoe dat nu eigenlijk, als je een foto van de camera in de computer brengt en hem vervolgens meer tot leven brengt?

Let trouwens op dat grappige hoofdsieraad dat de twee hoveniers op hun hoofd hebben. In de verte doen ze daarmee denken aan marsmannetjes, of Mickey Mouse. Ziet er erg stoer uit. Kan best wel eens mode worden.

Donderdag 2 november, Lhee

De tuin krijgt een beurt. Drie mannen komen met groot materieel om hem te scheren en te knippen. De rustige tuin verandert in een klein industrieel complex. Een trekker, een hoogwerker, een hakselaar, kettingzagen, zelfs een klein bulldozertje. Zeven uur later zijn de wilgen geknot, de vijver ontdaan van het struikgewas, dode bomen en takken verwijderd. Op onze kastanje, al sinds we er wonen kwijnend, is euthanasie toegepast. Op de onderste foto staat er nog een stam. Nu is hij gedegradeerd tot een paal waar een voederbak op komt. Het is wennen zo’n geschoren tuin. Er is te veel licht, de beschutting is weg. In de zomer zal de schaduw voor ons huis zijn verdwenen. Met een beetje geluk kan Wyb nog wel de hangmat tussen de wilg en de kastanje hangen.

Woensdag 1 november, Lhee

Is je deze reclame al opgevallen? Growing a better world together, van de Rabobank. Het is de meest hypocriete reclame ever wat mij betreft. De Rabobank belooft zich in te zetten voor het oplossen van het wereld voedselprobleem en zorg te dragen voor een leefbare planeet. In het filmpje zijn mensen van over de hele wereld te zien die hun ogen dichtdoen om mee te dromen over die beloofde betere wereld. De bank zet stevig in op vals sentiment.

Het zal in 1994 of 1995 zijn geweest. Ik was toen nog lid van de Rotary en iemand hield daar een lezing over de nieuwe Europese wetgeving om vogels te beschermen. De verontwaardiging onder de Rotarians was groot. Deze wetgeving zou ondernemers ongelooflijk hinderen, de wetgeving rond de bescherming van het milieu sloeg helemaal door, volgens mijn fellow rotarians. Friesland werd op deze manier op slot gezet. De servicegedachte waar rotarians zich altijd zo op voorstaan houdt onmiddellijk op zo gauw de eigen portemonnee in het geding is.

Inmiddels zijn we meer dan twintig jaar verder. Van die Europese wetgeving heb ik nooit iets gemerkt. Friesland is zeker niet op slot gezet. Het Friese platteland is getransformeerd tot een agrarisch industrieterrein. De vogels zijn, evenals de planten en de insecten, massaal verdreven. Wat jammer dat ik vijfentwintig jaar geleden geen filmpje heb gemaakt van de Friese weiden. Dan zou ik van hetzelfde gebied anno 2017 weer een filmpje maken. Ik weet zeker dat het resultaat dramatisch is. Weg weidevogels, weg botanische diversiteit, al zette dat vijfentwintig jaar geleden al in.

Even een citaatje uit de Volkskrant tussendoor: ‘Uit het onderzoek blijkt dat het aantal vogels in Europa in de afgelopen dertig jaar met 421 miljoen individuen is teruggelopen. Zo’n negentig procent van deze 421 miljoen individuen behoort tot de 36 meest voorkomende vogelsoorten, zoals huismussen, leeuweriken en spreeuwen.’
Of het nou om vluchtelingen of vogelbescherming gaat, Europese wetgeving is op alle gebieden onmachtig.

De financier van de Friese industrialisering is de Rabobank. De afgelopen decennia heb ik megastal na megastal zien bouwen. Het platteland werd steeds uniformer. Het spuiten van gif doodde vogels, insecten en bloemen, alles moest wijken voor onze Heilige Koe, die zo efficiënt mogelijk melk moet produceren. Investering volgde op investering, de Rabobank bleef maar financieren. Terwijl zelfs ik, als stadsjongen, al lang wist dat er grenzen waren door het mestoverschot. Nu moeten boeren gaan inkrimpen en roep de Rabobank als eerste dat de overheid de boeren moet bijspringen. Nou ja, de boeren bijspringen? De Rabobank roept de overheid op er voor te zorgen dat de boeren de hypotheek van de Rabobank kunnen blijven afbetalen. Growing a better world together.

alle rechten voorbehouden © gerard tonen 2015